Artikel 5: Organisatie
1. De organisatorische hiërarchie van de Rokerskerk kent een Bestuur, Asbisschoppen en Asmoezeniers. Tevens kent de Rokerskerk de titels van Rooksteker en Rookpause.
2. Wat het Bestuur van de Rokerskerk betreft gelden de volgende bepalingen:
1. het Bestuur geeft leiding aan en draagt verantwoordelijkheid voor de gang van zaken binnen de Rokerskerk;
2. het Bestuur neemt besluiten met meerderheid van stemmen, tenzij in die situaties waarin algemeenheid van stemmen vereist is als bepaald in deze Statuten;
3. het Bestuur bestaat altijd uit drie leden: twee volwaardige Leden van de Rokerskerk en de Rooksteker. De twee bestuursleden die niet de Rooksteker zijn zijn gekend als Gewone Bestuursleden. De Gewone Bestuursleden dienen bij het aantreden in het Bestuur elk de leeftijd van 26 jaar gepasseerd te zijn;
4. de aanstelling van een Gewoon Bestuurslid geschiedt voor onbepaalde tijd. De aanstelling van een Gewoon Bestuurslid kan slechts in de volgende gevallen worden beëindigd:
1. bij vrijwillig aftreden van het Gewoon Bestuurslid;
2. bij overlijden van het Gewoon Bestuurslid;
3. indien het Gewoon Bestuurslid verkeert in surseance van betaling of in staat van faillissement;
4. bij mentale en/of fysieke incompetentie van het Gewoon bestuurslid, zulks ter beoordeling van het Bestuur;
5. bij ontneming van het lidmaatschap van de Rokerskerk aan het Gewoon Bestuurslid op grond van artikel 4.6 van deze Statuten.;
5. indien de aanstelling van een Gewoon Bestuurslid door het Bestuur wordt beëindigd om één van de redenen in artikel 5.2.4 van deze Statuten verandert de status van het Bestuur in dat van Transitioneel Bestuur. Het Transitioneel Bestuur heeft naast de werkzaamheden van het reguliere Bestuur als taak het selecteren en aanstellen van een nieuw Gewoon Bestuurslid. Bij alle besluitvorming van het Transitioneel Bestuur telt de stem van het overgebleven Gewoon Bestuurslid voor twee en die van de Rooksteker voor drie;
6. wat de invulling van een vacante positie als Gewoon Bestuurslid van de Rokerskerk betreft gelden de volgende bepalingen:
1. indien een positie als Gewoon Bestuurslid van de Rokerskerk vacant komt worden door het Transitioneel Bestuur tenminste drie volwaardige Leden van de Rokerskerk benaderd om naar deze positie te solliciteren;
2. het Lid dat naar de mening van het Transitioneel Bestuur over de beste papieren beschikt om de vrijgekomen positie te bekleden wordt tijdens een bestuursvergadering verkozen tot bestuurslid-elect;
3. van de verkiezing tot bestuurslid-elect en de voorgenomen inwijding van het bestuurslid-elect als lid van het Bestuur wordt door het Transitioneel Bestuur openbaar aankondiging gedaan, althans kond gedaan op de thuispagina van de Rokerskerk op het internetadres www.rokerskerk.nl. Hierbij wordt vermeld dat tegen de inwijding van het bestuurslid-elect bezwaar kan worden gemaakt tot 13 uur voor het tijdstip van de inwijding. Dit bezwaar dient middels een aan het postadres van de Rokerskerk aangetekend met ontvangsbevestiging verzonden schrijven bij het Transitioneel Bestuur aangetekend te worden.
4. indien een schriftelijk bezwaar het Transitioneel Bestuur bereikt heeft als bedoeld in artikel 5.2.6.3 van deze Statuten zal het Transitioneel Bestuur zich hierop voorafgaand aan de voorgenomen inwijding beraden. Indien de aangevoerde bezwaren door het Transitioneel Bestuur gegrond worden verklaard wordt het bestuurslid-elect niet ingewijd. De positie in het Bestuur wordt dan weer vacant. Indien de aangevoerde bezwaren door het Transitioneel Bestuur ongegrond worden verklaard wordt het bestuurslid-elect ingewijd in het Bestuur van de Rokerskerk;
5. de inwijding in het Bestuur van de Rokerskerk vindt plaats in het openbaar. Hiervan wordt naderhand kond gedaan middels een bericht op de thuispagina van de Rokerskerk op het internetadres www.rokerskerk.nl;
6. op slag van inwijding van het bestuurslid-elect in het Bestuur van de Rokerskerk komt er een einde aan het Transitioneel Bestuur.
3. Wat de Asbisschoppen van de Rokerskerk betreft gelden de volgende bepalingen:
1. een Asbisschop van de Rokerskerk wordt door het Bestuur aangesteld om toezicht te houden op al hetgeen de Rokerskerk betreft in een bepaalde kerkelijke regio, het Asbisdom;
2. een Asbisschop legt op eerste verzoek rekenschap af aan het Bestuur van de Rokerskerk of een door dit Bestuur afgevaardigde gezant;
3. voor aanstelling als Asbisschop komen in aanmerking louter volwaardige Leden van de Rokerskerk in de leeftijd van 26 jaar en ouder;
4. de aanstelling van een Asbisschop geschiedt voor onbepaalde tijd. De aanstelling van een Asbisschop kan slechts in de volgende gevallen door het Bestuur worden beëindigd:
1. bij aanstelling van de Asbisschop in een andere jurisdictie;
2. bij overlijden van de Asbisschop;
3. indien de Asbisschop verkeert in surseance van betaling of in staat van faillissement;
4. bij mentale en/of fysieke incompetentie van de Asbisschop, zulks ter beoordeling van het Bestuur van de Rokerskerk;
5. bij ontneming van het lidmaatschap van de Rokerskerk aan de Asbisschop op grond van artikel 4.6 van deze Statuten.;
5. wat de invulling van een vacante positie als Asbisschop betreft gelden de volgende bepalingen:
1. wanneer een positie van Asbisschop vacant komt wordt dit door het Bestuur publiekelijk kenbaar gemaakt middels een bericht op de thuispagina van de Rokerskerk op het internetadres www.rokerskerk.nl. Bij deze aankondiging wordt een oproep gedaan aan kandidaten die zichzelf gekwalificeerd achten om binnen een gestelde termijn op deze vacature te reageren;
2. een sollicitatie naar een positie als Asbisschop dient vergezeld te gaan van een uitgebreide motivatie van de geschiktheid van de sollicitant voor de betreffende positie en een schriftelijke steunbetuiging van drie volwaardige Leden uit het Asbisdom waarvoor de betreffende vacature geldt;
3. na afloop van de in artikel 5.3.5.1 van deze Statuten gestelde termijn wordt door het bestuur bepaald welke van de sollicitanten het best gekwalificeerd is om de vacature van Asbisschop te vervullen. Deze kandidaat wordt bij de eerstvolgende bestuursvergadering op deze positie benoemd;
4. indien het Bestuur niet tot een besluit met meerderheid van stemmen kan komen gaat de vacante positie van Asbisschop naar het solliciterende Lid met het nummer dat het dichtst bij nummer 1 ligt in het kerkelijk register;
6. het aardse grondgebied waarvoor de aanstelling van een Asbisschop geldt blijft gelijk gedurende de gehele duur van diens ambt. Tussentijdse wijzigingen in landsgrenzen of veranderende definities van regio's hebben geen invloed op het oorspronkelijke grondgebied waarvoor de aanstelling van een Asbisschop geldt.
7. Indien het Bestuur van de Rokerskerk klachten vanuit de geloofsgemeenschap bereiken over het functioneren van een Asbisschop staat het dit Bestuur vrij om een onderzoek hiernaar in te stellen. Indien dit onderzoek wordt ingesteld beslist het Bestuur op basis van de uitkomsten ervan of de Asbisschop de positie mag blijven bekleden of dat de aanstelling van de Asbisschop beëindigd wordt op grond van een van de bepalingen in artikel 5.3.4 van deze Statuten.
4. Wat de Asmoezeniers van de Rokerskerk betreft gelden de volgende bepalingen:
1. een Asmoezenier predikt de traditie, de leer en de gebruiken van de Rokerskerk;
2. het staat elk volwaardig Lid van de Rokerskerk vrij zich Asmoezenier te noemen en naar deze functiebenaming te handelen volgens het bepaalde in artikel 5.4.1 van deze Statuten;
3. indien het Bestuur klachten bereiken over het functioneren van een zich als Asmoezenier afficherend Lid zal er handelend opgetreden worden door de Asbisschop van het Asbisdom waarin het Lid opereert. Onderdeel van dit optreden kan zijn een onderzoek naar de gedragingen van het zich als Asmoezenier afficherend Lid alsook een persoonlijk gesprek met het betreffende Lid. Indien het zich als Asmoezenier afficherend Lid zich naar het oordeel van de Asbisschop inderdaad heeft bezondigd aan misbruik van of wanprestatie in deze positie kan de Asbisschop van het betreffende Asbisdom hem of haar een schriftelijke waarschuwing opleggen. Indien het zich als Asmoezenier afficherend Lid later opnieuw in de fout gaat kan hem of haar een ontzegging opgelegd worden om zich nog langer als Asmoezenier te afficheren. Bij extreem misbruik of verregaande wanprestatie staat het de Asbisschop vrij om het Bestuur van de Rokerskerk te adviseren het zich als Asmoezenier afficherend Lid het lidmaatschap van de Rokerskerk te ontnemen volgens de bepalingen in artikel 4.6 van deze Statuten.
5. Wat de Rooksteker der Rokerskerk betreft gelden de volgende bepalingen:
1. er kan te allen tijde slechts één Lid van de Rokerskerk zijn dat de titel van Rooksteker der Rokerskerk draagt;
2. de positie van Rooksteker der Rokerskerk wordt bekleed door de oprichter van de Rokerskerk of een aangewezen opvolger;
3. de aanwijzing als Rooksteker der Rokerskerk geschiedt voor het leven. De aanwijzing als Rooksteker der Rokerskerk eindigt slechts bij overlijden van de Rooksteker der Rokerskerk;
4. het staat de vigerende Rooksteker der Rokerskerk vrij om een volwaardig mannelijk Lid van de Rokerskerk aan te wijzen als opvolger voor zijn positie. De door de Rooksteker aangewezen opvolger is binnen de Rokerskerk gekend als de Kroonsteker. De aanwijzing van de Kroonsteker geschiedt in het openbaar door de Rooksteker der Rokerskerk zelf door proclamatie onder verwijzing naar naam en nummer van het Lid zoals vermeld in het kerkelijk register. De aanwijzing van Kroonsteker is onherroepelijk. Slechts indien de Kroonsteker overlijdt voordat de Rooksteker der Rokerskerk dat doet is het toegestaan om een andere Kroonsteker aan te wijzen. Bij aanwijzing van een andere Kroonsteker na overlijden van een Kroonsteker wordt de titel Kroonsteker postuum onttrokken aan de overleden Kroonsteker;
5. indien de Rooksteker der Rokerskerk overlijdt zonder een Kroonsteker te hebben aangewezen stelt het Bestuur van de Rokerskerk met algemene stemmen een Raad van Hoedsters samen om een Kroonsteker aan te wijzen. Deze Raad van Hoedsters bestaat uit drie vrouwelijke volwaardige Leden van de Rokerskerk. De Raad van Hoedsters dient binnen een termijn van 23 dagen na het overlijden van de Rooksteker der Rokerskerk te komen tot de unanieme voordracht van een Kroonsteker;
6. Indien de Kroonsteker deel uitmaakt van het Bestuur van de Rokerskerk op het moment van overlijden van de Rooksteker der Rokerskerk gaat het Bestuur over in het Transitioneel Bestuur als bepaald in artikel 5.2.5 van deze Statuten. De Kroonsteker bekleedt in het Transitioneel Bestuur de voormalige positie van de Rooksteker der Rokerskerk met dien verstande dat de stem van de Kroonsteker bij alle besluitvorming voor 1 telt en die van het Gewoon Bestuurslid voor 2;
7. de Kroonsteker wordt op de 26ste dag na het overlijden van de Rooksteker der Rokerskerk door de Rookpause ingehuldigd als nieuwe Rooksteker der Rokerskerk.
6. Wat de Rookpause der Rokerskerk betreft gelden de volgende bepalingen:
1. er kan te allen tijde slechts één lid van de Rokerskerk zijn dat de titel van Rookpause der Rokerskerk draagt;
2. de Rookpause der Rokerskerk wordt uit de vrouwelijke Leden en Aspiranten van de Rokerskerk aangesteld door de Rooksteker der Rokerskerk. Indien de Rokerskerk op het moment van vacant komen van de positie van Rookpause der Rokerskerk geen Rooksteker kent wordt de Rookpause aangesteld door de Kroonsteker der Rokerskerk. Indien de Rokerskerk op het moment van vacant komen van de positie van Rookpause der Rokerskerk geen Rooksteker en geen Kroonsteker kent wordt de Rookpause der Rokerskerk aangesteld door het Bestuur van de Rokerskerk.
3. aanstelling van de Rookpause der Rokerskerk gebeurt door openbare proclamatie onder verwijzing naar naam en nummer van het lid zoals vermeld in het kerkelijk register. Het staat de proclamant vrij de proclamatie vergezeld te doen gaan van rooksignalen met een kleur naar keuze;
4. op het moment van proclamatie van de Rookpause der Rokerskerk komt er een eind aan het bewind van het lid dat tot dat moment de positie van Rookpause der Rokerskerk bekleedde;
5. een voormalige Rookpause der Rokerskerk draagt de titel Rookpause Emerita behoudens het gestelde in artikel 5.6.6 van deze Statuten;
6. het is een Rookpause der Rokerskerk toegestaan uit eigener beweging deze titel en functie op te geven. Indien dit geval kan zij vervolgens geen aanspraak maken op de titel van Rookpause Emerita.